De geschiedenis achter Surinaamse klederdracht

aug 09 2021, 21:31 FASHION
Suriname is het land van bewoners uit verschillende continenten en met diverse religieuze achtergronden. Door de pijnlijke geschiedenis waaruit het land is ontstaan zijn de oorspronkelijke culturen door de jaren heen vervaagd en meegegroeid met de tijd. In het land wonen de volgende bevolkingsgroepen; Inheemsen, Stadscreolen, Marrons, Javanen, Hindoestanen en Chinezen. Vanuit verschillende continenten werden de groepen naar Suriname gehaald. In Suriname hebben de groepen vervolgens geprobeerd om de gewoontes vanuit hun achtergrond zo goed mogelijk te behouden. Dit zien wij tegenwoordig onder andere terug in de expressieve culturele kleding. Maar wat is nu de geschiedenis achter de Surinaamse klederdracht?
De Inheemsen zijn de oorspronkelijke bewoners van Suriname. Ondanks dat ze ook wel 'Indianen' worden genoemd, hoort de groep liever 'Inheems'. Toen Columbus naar Zuid-Amerika vertrok dacht de ontdekkingsreiziger in Indië aan te komen. Hij noemde de bevolking Indianen. De Inheemse cultuur werd met de komst van de Europeanen zwaar verminderd. Dit was het resultaat van de ziektes die Europeanen meenamen. Het immuunsysteem van de oorspronkelijke bewoners was hier niet tegen geweerd. De Inheemse bewoners worden steeds schaarser omdat de bosgebieden waar zij in wonen vernield worden door grote corporaties. Binnen de Inheemse bevolking zijn er verschillende stammen. Elke stam heeft weer een andere klederdracht. Het belangrijkste kenmerk is de haardracht. Bij de ene stam wordt het haar in een lange vlecht gedragen en kort geknipt na traumatische gebeurtenissen, bij andere stammen zit het verschil in de lengte van de pony. De klederdracht is schaars. Meestal gaat het bij de mannen om een roodgekleurde lendendoek en bij de vrouwen om een kweju. Dit is een lapje wat de voorkant bedekt. Verder bestaat de kleding voornamelijk uit sjaaltjes met franjes. Op feestelijke gelegenheden gebruiken de Inheemsen veel producten uit de natuur om de aankleding te verzorgen. Denk daarbij aan plantaardige verf om het lichaam mee te versieren, papegaaien veren en apenstaarten voor de sieraden en toekan veren voor een hoofdtooi. 
Surinaamse klederdracht
Beeld: Instagram/ roliena8maria
De stadscreolen zijn uit verschillende Afrikaanse landen met geweld op de boot gezet en vervoerd naar Suriname. Wanneer je naar hun kleding kijkt zullen de gewikkelde hoofddoeken, wijde rokken en jasjes jouw aandacht zeker trekken. Het bekendste kostuum is de ‘Koto’. Er zijn verschillende verhalen over de herkomst van de Koto, helaas zijn er geen bronnen die hard maken welke versie de waarheid is. De Koto bestaat uit verschillende elementen, een yaki (blouse), koto (de rok) en de angisa (hoofddoek). Er bestaan verschillende categorieën en verschillende varianten van de Koto’s. Tegenwoordig draagt men koto’s binnen Suriname en Nederland vooral tijdens feesten of ceremonies. De Angisa is een gesteven doek dat je als hoofddeksels draagt. De gebonden doek wordt met bittere cassave gesteven. Er zit vaak een verhaal achter de manier waarop het gebonden wordt. De drager geeft met die manier een boodschap door. De Angisa is in de Creoolse cultuur de belangrijkste kledingstuk. Vroeger hing er een economische waarde aan. Wanneer je het financieel niet breed had kon je de doek naar het pandjeshuis brengen. Christine van Russel-Henar heeft het in haar boek Angisa Tori over het cultureel erfgoed.
Surinaamse klederdracht
Beeld: Instagram/ this.is.not.a.hat
De Marrons zijn net als de stadscreolen vanuit Afrika vervoerd naar Suriname. Eenmaal aangekomen in het land weigerde zij als tot slaaf gemaakten aan het werk te gaan. Zij trokken zich terug in de bossen van het land en bouwden daar een leven op. Daarom herken je de Afrikaanse cultuur hier het meest in terug. Deze wordt onderhouden en doorgeven. Voor de Marrons is een Pangi zeer belangrijk, het is voor hen namelijk de officiële dracht. Het doek binden de mannen om de middel en de vrouwen om de middel of onder de oksels. Wanneer een meisje volwassen wordt, krijgt zij een Pangi. Zodra een jongen volwassen wordt, krijgt hij een Kamisa, een Pangi die je op een speciale manier bindt. Waar bij stadscreolen de Pangi's meer worden gebruikt als een kledingstuk, is het bij de Marrons een cultureel erfgoed. Wanneer je een cultureel bad neemt draag je een Pangi. In de video ‘Winti’ van Winne ft Poppe beelden zij een Surinaams ritueel uit waar de mannen met Pangi’s om gebaad worden.
De Hindoestaanse bevolking is op een hele andere manier naar Suriname gekomen. Toen de slavernij in 1863 was afgeschaft in de Nederlandse gebieden, was er een tekort aan arbeidskrachten op de plantages. De Nederlandse regering besloot om, net als de Portugezen, contractarbeiders naar de koloniën te halen. Op 8 september 1870 ging het Traktaat in werking. Hierin zijn de rechten en plichten van contractarbeiders en plantagehouders vastgelegd. Een groot aantal Hindoestanen vertrok vanuit Brits-Indië naar de plantages van Suriname. Toen de Indiërs het contractarbeid zagen als een vorm van slavernij vertrokken velen terug naar Indië. De overgeblevenen werden als de Surinaamse Hindostanen beschouwd. De benaming Hindoestaan verwijst namelijk naar religie. Door de verschillende golven van immigranten is de Hindoestaanse cultuur goed bewaard gebleven en zo ook de Hindoestaanse klederdracht. Deze is binnen de cultuur enorm divers. Textiel is een belangrijk onderdeel hiervan. Je ziet het verschil tussen arm, rijk, ouderwets en modern terug in de manier van kleden. Vrouwen dragen voornamelijk een Sari. Dit is een stuk lap wat je om de schouder en de middel van de vrouw slaat. Deze draag je over de Salwar, een tuniek met bijpassende broek. De mannen dragen een Kurta, een loshangend lang overhemd en een Dhoti. De Dhoti is een lang breed witte doek dat je om de middel van de man bindt en tot de enkels komt.
Beeld: Instagram/ suits_by_nayakapada
De Javanen zijn net als de Hindoestanen als contractarbeiders naar Suriname verschepen. In 1890 kreeg de Nederlandse Handelmaatschappij toestemming om 100 contractarbeiders te werven op het eiland Java in Indonesië. De arbeiders kregen de benaming Javanen. De Javaanse klederdracht bestaat voor een groot deel uit een Klambi, Djarik of Saroeng. Een Klambi is een van voor dichtgeknoopt of dichtgespeld jasje. Tijdens religieuze events dragen vrouwen een Klambi Koeroeng. Dit is een lang dicht vrouwenjak dat je over het hoofd aantrekt. Een Djarik is een doek waarmee mannen en vrouwen het onderlijf en de benen bedekken. De stof is gemaakt van batik. Bij elke gelegenheid heeft de Djarik een bepaald motief. Saroeng gebruik je net als de Djarik voor het onderlijf en de benen maar dit wordt in een kokervorm dichtgenaaid. Vrouwen dragen daarnaast boven elk kledingstuk een slendang als draagdoek.
Beeld: Instagram/ afni_octavia83
De Chinese bevolking werd ook als contractarbeiders naar Suriname gehaald. Na afloop van hun contract gingen velen de handel in. Meestal was dit een kleinhandel in levensmiddelen. Deze winkels hebben zich in de loop der jaren enorm uitgebreid. De Chinese contractarbeiders trouwden in Suriname vaak met Creoolse vrouwen. Dit heeft ervoor gezorgd dat hun cultuur en daarmee ook de klederdracht in werd Suriname vervaagd. Daarnaast waren de temperaturen in Azië en Zuid-Amerika zo verschillend, dat er binnen Suriname geen sprake is van traditionele klederdracht.

Gerelateerde artikelen

Laatste artikelen in Muziek

whoshotya banner

Who Shot Ya: Hey De B

In onze rubriek ‘Who Shot Ya’ gaan we maandelijks in gesprek met een videograaf uit de Nederlandse muziekscene.

CULTURE apr 21, 11:49
image00001

Artist to Watch: Hiltje

De Artist to Watch voor de maand April: Hiltje!

MUZIEK apr 20, 11:00
gkwytkyx0aa1eny

Complex Picks: We Still Don't Trust You - Metro Boomin & Future

Deze week bespreken we het nieuwe album van Metro Boomin & Future - We Still Don’t Trust You.

MUZIEK apr 17, 21:04
img 5075

Artist To Watch: Narco Polo

Narco Polo is onze nieuwe Artist To Watch voor de maand maart. We spraken Narco Polo over zijn begin als artiest.

MUZIEK mrt 15, 10:00